INSPIRE - Lawaainiveau van de industrie in grote agglomeraties in Wallonië (BE)

Deze in het Europese rapport van 2012 geïntegreerde gegevenslaag lokaliseert de blootstelling aan lawaai van industrieterreinen uitsluitend volgens de Lnight-index in de grote Waalse agglomeraties. De gegevens worden hier gepresenteerd in de INSPIRE-compatibele versie. Het in kaart brengen van geluid dat uitsluitend afkomstig is van industrieterreinen in de grote Waalse agglomeraties op basis van brongegevens uit 2011 is de eerste verwezenlijking en, in zijn huidige vorm, de verwijzing naar dit niveau. Geluidskaarten zijn gemeld aan het Europees Milieuagentschap en zijn opgenomen in het verslag van 2012. De nachtindex is een van de twee indicatoren die worden aanbevolen door de Europese Richtlijn 2002/49/EG, met betrekking tot de beoordeling en beheersing van omgevingslawaai, om het geluidsniveau te meten dat omgevingslawaai beschrijft. In de zin van de richtlijn wordt deze uitstoot veroorzaakt door vervoermiddelen, weg-, spoor- of luchtverkeer of is deze afkomstig van locaties met een industriële activiteit. Deze gegevenslaag heeft betrekking op het in kaart brengen van het door de industrie gegenereerde geluid in de grote Waalse agglomeraties (Luik en Charleroi) in 2011 volgens de Lden-index. De Lnight (of Ln – Level Night)-index geeft het gemiddelde geluidsniveau weer dat over alle nachtperioden (van 23.00 tot 7.00 uur) in een jaar (tegen 2011) is bepaald. Deze index is per definitie een exclusieve geluidsindex voor de nachtperiode. Het wordt geassocieerd met slaapstoornissen. In tegenstelling tot de parameters die zijn opgenomen in de berekening van de andere indicator (Lden), wordt voor de berekening ervan geen weging toegepast. Het wordt uitgedrukt in decibel A (dB(A)), de eenheid die wordt gekozen om de gevoeligheden van het menselijk oor weer te geven. De indicator is gemiddeld over een kalenderjaar. De datalaag is dus representatief voor een regionale jaarsituatie. De datalaag is de referentie voor Lden van industrieterreinen in grote agglomeraties voor het jaar 2011 (geïntegreerd in het Europese rapport van 2012). Volgens de criteria die in 2011 zijn vastgesteld voor het in kaart brengen van geluid afkomstig van industriële locaties in grote agglomeraties, omvat de gegevenslaag IPPC-geclassificeerde locaties op het grondgebied van agglomeraties met 100 000 inwoners en meer. In het Waalse Gewest zijn dit de gemeenschappelijke gebieden Luik en Charleroi. Alleen deze gebieden vallen onder de mapping. De indicator is gemiddeld over een kalenderjaar. De datalaag is dus representatief voor een regionale jaarsituatie. Op basis van brongegevens uit 2011 zijn geluidsbelastingkaarten voor grote agglomeraties opgesteld. Daarom transcriberen de gegevenslagen lawaaiblootstelling aan deze periode. De informatie werd in 2012 aan het Europees Milieuagentschap gerapporteerd en is daarom opgenomen in het verslag van 2012. De gegevenslaag is een vectorlaag met als attribuut de waarde Lnight. Er worden vijf blootstellingscategorieën geselecteerd: 50-54, 55-59, 60-64, 65-69 en > 70 dB(A). De identificatiecode van de lawaaiproducerende industrie wordt voor elke blootstellingsreeks opgenomen.