Aandeel van de grond dat wordt gebruikt voor openbare diensten en gemeenschapsvoorzieningen

Grondbedekking komt overeen met wat de grond bedekt, wat daar wordt gevonden: Een bos, een cultuur, een huis, een openbaar gebouw. Dit zijn de biofysische kenmerken van de bodem (Europese Commissie, 2000). Het moet worden onderscheiden van het gebruik ervan dat de functie of het gebruik van een soort beroep specificeert. Een bewoning van de grond die "gazon" zou zijn, zou dus kunnen overeenkomen met verschillende toepassingen, zoals bijvoorbeeld een woontuin of een weide. Evenzo kan een type landgebruik verschillende biofysische categorieën omvatten: een woonwijk bestaat uit gazons, gebouwen, waterdichte oppervlakken... Deze groep indicatoren betreft het bebouwde grondgebruik zoals vastgelegd in de kadastrale gegevens van de FOD Financiën: Aandeel gekunstelde oppervlakte en secundaire indicatoren (16 categorieën landgebruik) - Woongebied per hoofd van de bevolking Een nota beschrijft meer specifiek de basisgegevens en hun bijdrage aan het karakteriseren van landgebruik in Wallonië: om "[\2](\1)" te downloaden Uitgaande van de situatie per 01/01/2018 zijn de oppervlaktewaarden van de Waalse gemeenten die worden gebruikt voor de berekening van de indicatoren de nieuwe oppervlakten die door de FOD Financiën/Kadaster worden verstrekt. De gebieden zijn afkomstig uit het CadGIS-systeem van de FOD Financiën (fiscale situatie op 1 januari) dat met behulp van de nieuwste meettechnieken de verdeling van administratieve grenzen vaststelt (authentieke bron). Deze uitsplitsing geeft een nauwkeuriger beeld van de werkelijke omvang van de administratieve eenheden. De gebieden van sommige gemeenten kunnen daarom in de loop van de tijd (tot 2025) worden herzien, wat gevolgen heeft voor de indicator in relatieve aandelen. "[\2](\1)"